leidenlawblog

Kwijtschelden van schulden met een toekomstperspectief

Kwijtschelden van schulden met een toekomstperspectief

Het bestaande schuldstelsel is ondoorzichtig en niet efficiënt. Er tekent zich een politieke consensus af om kwijtschelding van schulden te vergemakkelijken. Het pamflet 'Burgerschulden: na aanpakken nu doorpakken' doet concrete aanbevelingen.

“Ik heb het niet geturfd, maar volgens mij was de meest genoemde term vandaag ‘de Minister voor rechtsbescherming’. Daarmee doemt het beeld op dat dat een soort magische figuur is, en dat alles wij hier als Kamer en de staatssecretaris met elkaar afspreken nog een keer extra ter controle naar die minister van rechtsbescherming moet.

Wel hebben we een soort kast, een bezemkast met 40 goede maatregelen. Daarin zitten bezems, zwabbers, poetsdoeken, schoonmaakmiddelen. Er moet van alles gebeuren om het schuldenprobleem in Nederland op te lossen, maar die Minister voor rechtsbescherming heeft de sleutel van die kast.”

Met deze woorden legde het Tweede Kamerlid Raemakers (D66) tijdens het Algemeen Overleg op 14 juni 2018 met Staatssecretaris van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de vinger op een zwakke plek van het schuldenbeleid van de overheid.

Het kabinet Rutte III heeft in de afgelopen vier jaar met de brede schuldenaanpak talrijke initiatieven genomen en ondersteund. De basis in woorden is er, maar om in het post-corona tijdperk de schuldenproblematiek te temmen, moet het nieuwe kabinet steviger doorpakken.

Het is voor burgers in Nederland heel makkelijk om in de problematische schulden te geraken, maar het is heel moeilijk om er weer uit te komen. Nog steeds geldt: wie schulden heeft, zal wel schuldig zijn.

Thans hanteert de overheid als keiharde crediteur met tal van preferenties en dwangmiddelen het zwaard tegenover burgers in problematische schuldsituaties. Tegelijkertijd is zij in haar rol van financier van de schuldhulpverlening het schild van de zwakke. Aan dit paradoxale optreden moet een einde komen.

De schuldenproblematiek groeit omdat veel burgers te lang wachten met het zoeken van hulp. De variëteit in de omvang en de kwaliteit van de gemeentelijke schuldhulpverlening is enorm. De snelheid van de hulp schiet vaak tekort, de uitval is hoog en de weg naar de wettelijke kwijtschelding van schulden is verstopt. Ook blijven veel burgers met schulden jarenlang hangen in het schuldenbewind.

Aan de incassokant heeft de introductie van marktwerking bij de gerechtsdeurwaarders tot een sterke verharding geleid, waardoor de bescherming die deze ambtsdrager zou kunnen bieden, bij voorbeeld door betalingsregelingen, naar de achtergrond is geraakt. Daarnaast treuzelde het kabinet heel lang met het reguleren van de private incassobedrijven.

De rechterlijke macht heeft helaas geen betekenisvolle bijdrage geleverd in de vorm van probleemoplossende rechtspraak. In de regeringverklaring van Rutte III werd een schuldenrechter aangekondigd, maar die is er niet gekomen. Het toezicht van de rechters op bewindvoerders is weinig professioneel. Hier en daar wordt geëxperimenteerd met schuldenfunctionarissen.

Hoe kan het anders?

Prof. Roel in’t Veld en ik hebben na raadpleging van diverse experts in het pamflet Burgerschulden: na aanpakken nu doorpakken de schuldenproblematiek geanalyseerd. Het pamflet is gepubliceerd op de website doorpakkenopburgerschulden.nl. Daar zijn filmpjes te zien van interviews met experts en politici, alsmede een uitgebreide analyse van het overheidsbeleid.

Hieronder laat ik kort onze voorstellen de revue passeren.

  • Het stelsel moet preventie en vroegsignalering stimuleren en faciliteren, alsmede een hechtere samenwerking tussen professionals en erkende vrijwilligers bewerkstelligen.
  • De rijksoverheid moet binnen een jaar de bureaucratische belemmeringen voor betere coördinatie uit de weg ruimen. Wij pleiten voor één publieksvriendelijk loket voor alle overheidsvorderingen en een betere uitwisseling van gegevens.
  • De toekomstige rijksincassofunctie ressorteert direct onder de minister van Financiën, die publiekelijk verantwoording aflegt.
  • Om eindelijk duidelijkheid te verkrijgen over de precieze omvang van de schuldenproblematiek krijgt het CBS de opdracht en de financiële middelen om eenheid te brengen in de gehanteerde definities in dataverzamelingen.
  • De Algemene Rekenkamer wordt gevraagd een degelijke maatschappelijke kosten-batenanalyse te maken van het huidige stelsel.
  • Gerechtsdeurwaarders en Wsnp (Wet schuldsanering natuurlijke personen) -bewindvoerders worden in de gelegenheid gesteld om volwaardig als partner in schuldhulp te functioneren.
  • De kwaliteitszorg en het toezicht op bewindvoerders wordt overgedragen aan een onafhankelijke, goed toegeruste instantie.

Wij pleiten verder voor vergaande vormen publiek- private samenwerking, zoals de Nederlandse Schuldhulproute (de NSR) en een breed toegankelijk Nationaal Waarborgfonds.

Vaker schulden saneren

Het toekomstig beleid moet de nadruk verleggen van schuldbemiddeling naar schuldsanering. Er is hiervoor reeds 30 miljoen euro gereserveerd. De vormgeving en het beheer van het revolverend Waarborgfonds moet – om de zakelijkheid in de sector te stimuleren – ressorteren onder de Bank van Nederlandse Gemeenten.

Naast deze privatisering van de sanering pleiten wij voor een verbreding tot de toegang van de Wsnp alsmede tot een verkorting van de looptijd van de saneringsperiode.

Verder verwachten wij veel van de benoeming van een Nationale Rapporteur Problematische Schulden die over krachtige adviserende bevoegdheden beschikt. De Rapporteur hanteert een Nationaal Schuldendashboard met stuurindicatoren op basis van o.a. data over de voortgang van hulp aan burgers in (dreigende) schulden.

De Rapporteur oordeelt over de effectiviteit van arrangementen en brengt adviezen uit aan parlement en regering over de financiering. Hij richt een platform op voor onderlinge reflectie van alle actoren en stelt ook een onderzoeksagenda op.

Professionalisering hulpverlening

Stroomlijning van het ondoorzichtige veld van gemeentelijke wijkteams en schuldhulpinstanties enerzijds en schuldenbewindvoerders en Wsnp-bewindvoerders anderzijds is noodzakelijk. Hier moet een krachtige professionaliseringsslag gemaakt worden.

Vrijwilligers

In het kader van de noodzakelijke reikwijdtevergroting van de schuldhulp draagt de inzet van gecertificeerde of anderszins erkende vrijwilligers ertoe dat veel burgers met niet al te complexe financiële problemen al in een vroeg stadium worden bereikt en geholpen.

Wij pleiten daarom voor het radicaal omzetten van enige wissels in het bestaande stelsel, dat veel te kostbaar is en niet tot voldoende efficiënte hulp leidt. Onze analyse is er op gericht dat over vier jaar, door goed kabinetsbeleid, mensen makkelijker uit de problematische schulden zullen raken en daarmee weer een toekomstperspectief hebben.

Politieke consensus tekent zich af

In de komende post-coronaperiode zal de aanpak van de schuldenproblematiek intensieve beleidsinspanningen vragen. Er is een onrustige periode in aankomst voor zowel burgers die door corona in de financiële problemen zijn geraakt als voor crediteuren die meer onbetaalde rekeningen in hun portefeuille hebben gekregen. Schuldrust is in het belang van alle betrokkenen.

De maatschappelijke kosten van de antagonistische praktijken van de inners en de helpers zijn erg hoog en de overheidsinvesteringen hebben onvoldoende rendement. Het nieuwe kabinet moet wissels omzetten in de knellende schuldenwetgeving met zijn talrijke overheidspreferenties.

Er bestaat een dringende behoefte aan verdergaande afstemming van het sociale beleid en de juridische vormgeving. Dat had het kamerlid Raemaekers goed gezien.

Tijdens het debat over de Miljoenennota in september 2020 dienden de fractievoorzitters van vrijwel alle politieke partijen een gezamenlijke motie in waarin het Kabinet verzocht wordt ‘om met een voorstel te komen om de toegang tot de Wsnp te vereenvoudigen en te verkennen hoe de duur beperkt kan worden tot bijvoorbeeld anderhalf jaar’ (KS II 2020/21, 35 570 nr 21, motie Jetten c.s.).

Op 25 februari jongstleden diende mevrouw Beukering-Huijbregts (D66) een motie in waarin zij de regering verzoekt om in 2021 het samenvoegen van het minnelijk traject en de Wsnp te verkennen. (KS II 2020/21 24 515 nr. 594). De huidige schuldhulpverlening is complex en versnipperd, de instroom in de Wsnp daalt al jaren en soms duurt het acht jaar voordat een persoon schuldenvrij is. De motie werd met algemene stemmen aangenomen.

Deze moties duiden op een politieke consensus om de schone lei voor meer burgers bereikbaar te maken, waarmee ze een nieuwe start kunnen maken. Dit brede draagvlak biedt een goed vertrekpunt voor het nieuwe kabinet om stevig door te gaan pakken.

0 Comments

Add a comment